Een koopman in kennis
Wij komen graag in Villefranche-la-Rouergue. Om twee redenen. Allereerst is daar de weekmarkt. Elke donderdag, in alle vroegte, strijken kooplieden uit de wijde omgeving als duiven neer in het historische stadje in de Aveyron. Goedgemutst bouwen ze hun kramen op en stallen ze hun waren uit – etenswaren, wijnen uit de streek, bloemen, planten en kweekgoed, kleding en huistextiel. Ze weten dat er straks aan klanten geen gebrek is. De markt van Villefranche is populair.
De tweede reden waarom we Villefranche graag bezoeken, heet: Côté Saveurs. Dit is een fantastisch restaurant op een wat merkwaardige locatie, iets buiten de oude stad, aan een mistroostig plein, Place Louis Fontang, op de eerste verdieping van wat ooit de brandweerkazerne was. Wij kwamen het restaurant bij toeval op het spoor.
Villefranche – heerlijke markt en geraffineerde keuken
Tijdens een van onze eerste marktbezoeken dronken we een kop koffie op het altijd drukke terras van café Les Colonnes op de hoek van Rue Durand de Montlauzeur, in het epische centrum van het marktgedruis. We raakten er aan de praat met een goed gesoigneerde heer op leeftijd, die beeldhouwer en oud-kunstdocent bleek te zijn. Hij vertelde over een zomerproject waar hij als vrijwilliger bij betrokken was geweest. Een groep schoolkinderen had, door hem geïnspireerd, uit straatafval een beeldengroep gecreëerd voor het binnenplein van het restaurant. We moesten er zéker een kijkje gaan nemen, nu we zijn stad eer aandeden met ons bezoek. Dat deden we. En we gingen meteen eten in Côté Saveurs, want de kaart en de prijzen stonden ons aan. Sindsdien, als we op donderdag naar de markt gaan, reserveren we er vooraf een tafeltje. Wat een vriendelijke staf en wat een geraffineerde keuken!
Villefranche is het schoolvoorbeeld van een laatmiddeleeuwse ‘bastide’, een compacte stad die is opgedeeld in smalle, rechte, haaks op elkaar staande straten en huizenblokken, die om een centraal plein heen liggen, het middelpunt van het religieuze en burgerlijke leven in die tijd. Dat plein heet in het geval van Villefranche-la-Rouergue de Place Notre Dame. Karakteristieke arcades geven het cachet. Aan het plein ligt een imposante kapittelkerk, met een klokkentoren die de openbare ruimte als een boog overspant. In de toren speelt een carillon, althans op donderdag, altijd dezelfde deuntjes, waaronder het refrein van een chanson van Georges Brassens, dat ik wel ken, maar waarvan me de naam nooit te binnen wil schieten. Ook nu niet.
Villefranche – stad van kooplieden
De Place Notre Dame is het middelpunt van de bastide én van de markt. Zomers verspreiden de kooplieden zich over de gehele oude stad en zelfs over de aangrenzende nieuwere delen. In de winter is het zoals het vroeger was. Dan speelt het marktgebeuren zich af op de Place Notre Dame die is voorbehouden aan de lokale groente- en fruittelers, kaasboertjes en ambachtelijke slagers. Je vindt er veel streeklekkernijen, zoals de farçous, een hartige kruiden- en knoflookbeignet. Hij wordt ter plekke door de koopman gefrituurd en je eet hem uit vetvrij papier.
Toen we Villefranche-la-Rouergue de laatste keer bezochten, het afgelopen voorjaar, wandelden we na een voortreffelijke maaltijd bij Côté Saveurs op ons gemak terug naar het oude centrum. Het is steeds weer nauwelijks voorstelbaar hoe de stad in extreem korte tijd een gedaanteverwisseling ondergaat. Alle kraampjes van de weekmarkt lijken in de vroege middag als sneeuw voor de zon verdwenen en de straten zijn tot in de kleinste hoeken aangeveegd. Alles proper.
Op de Place Notre Dame drinken we onder een van de arcades een kop koffie. Op het plein heerst een serene stilte en rust. Dan verschijnt er vanonder de klingelende klokkentoren een schoolklas ten tonele, die zich zeer gedisciplineerd laat meelokken door een energieke jongeman. Halverwege het plein houdt de klas stil. De leerlingen scharen zich om hun meester heen en kijken nieuwsgierig naar hem op. Wij kijken mee. Hij wijst, gebaart en vertelt. Hij wekt bisschoppen en bouwmeesters tot leven en onttrekt dichters en denkers aan de vergetelheid. Hij gidst zijn jonge volgelingen door de krochten van de tijd. Hij verdient een standbeeld, deze koopman in kennis.